Dit wordt het laatste stukkie van 2012. Ik ga er niet veel woorden aan vuil maken, aan dat feit bedoel ik. 2012 was een tamelijk goed jaar. We rolden erdoor zonder al te veel gezondheidsproblemen, opkrabbelend (voor mijn echtgenoot letterlijk) na de enkelbreuk van mijn lief. We zijn tamelijk gezond en houden nog van elkaar en dat is al heel wat…
Op mijn werk hangt het zwaard van Damocles nog boven ons aller hoofd en daar zal het in 2013 nog wel blijven denk ik. Ik heb besloten me er niet al te druk over te maken. Bestuurders en politiek zijn twee factoren waar je je levensgeluk niet vanaf moet laten hangen (als dat kan tenminste) anders heb je geen leven.
Als de tijd daar is dat ik er iets mee moet, zal ik dat zo goed mogelijk doen. Twintig jaar geleden zou ik me drukker gemaakt hebben, maar ach, ouder worden heeft ook voordelen. De crisis raakt ons nog nauwelijks, al durf ik dat bijna niet te typen hier… je weet maar nooit. En ik heb te doen met de mensen die er wel klem door komen te zitten en wens hen veel sterkte en gezondheid. En dat laatste wens ik u allen.
En nu: over tot de orde van de dag. Ik las dat vorige week zaterdag (22 december) de geboortedag van Puccini was. Ik had er toen over willen schrijven, maar dat kwam er niet van: wegens tijdgebrek viste ik een tijdloos item van de plank en besloot deze week over Puccini te schrijven, gewoon omdat ik dat graag doe.
Giacomo Puccini is (met Giuseppe Verdi) mijn lievelingscomponist. Ik de loop der jaren heb ik de twee uit elkaar leren houden. Hoe meer vertrouwd je met iets raakt, hoe beter je het leert kennen en hoe makkelijker je het van andere dingen weet te onderscheiden, dat is prettig, want je geniet er meer door.
Toen ik mijn eerste week als brugwup achter de rug had, heeeeeel lang geleden, huilde ik naar huis, omdat ik Engels en Frans niet uit elkaar kon houden. Onvoorstelbaar vind ik dat ruim veertig jaar later. Maar er was ook een – meer recentere – tijd dat ik moeite had Spaans en Italiaans uit elkaar te houden.
Toen wist ik uit ondervinding dat het leren van een taal je ook helpt bij het onderscheiden van die taal met een andere taal. Een beetje is dat zo met Verdi en Puccini: als je hun idioom leert, leer je ook het onderscheid. Ik heb een tijdje Puccini de mooiste van de twee gevonden, maar toen ik weer wat meer Verdi onderhanden had zwenkte mijn voorkeur toch ook weer een beetje zijn kant uit. Ik kan u adviseren: luisteren naar de composities van de twee heren, veel luisteren.
Kort het leven van Giacomo Puccini en een aria.
Giacomo Antonio Domenico Michele Secondo Maria Puccini werd dus geboren op 22 december 1858 in Lucca (Toscane) en in een muziek-familie. De functie van dirigent in de plaatselijke kathedraal was al 124 jaar in de familie toen Giacomo?s vader stierf en het leek niet meer dan logisch dat hij zijn vader op zou volgen. Probleempje: Giacomo was 6 toen zijn vader stierf. Dus kreeg iemand anders de post. Misschien maar goed ook, wie weet was hij niet gaan componeren…
Giacomo was wel betrokken bij het muzikale leven van de kathedraal : als koorzangertje. Hij studeerde muziek bij zijn oom en in 1880 kreeg hij een beurs voor het conservatorium in Milaan. Daar merkte men zijn componeertalent op. Zijn eerste opera was ?Le villi?, die werd goed ontvangen. De tweede ?Edgar? een stuk minder, maar het begon toch te lopen daarna: ‘Manon Lescaut’, ‘La Boheme’, ‘Tosca’, ‘Madama Butterfly’, allemaal titels die u wellicht ooit gehoord hebt. ‘Turandot’ was zijn laatste, en die heeft hij niet helemaal af kunnen maken.
In zijn persoonlijke leven was hij weinig gelukkig: hij trouwde in 1903 zijn minnares Elvira. Ze hadden samen een kind en ze had twee kinderen uit haar eerste huwelijk. Jaloezie domineerde het huwelijk en Puccini gaf daar ook aanleiding toe: hij had verschillende buitenechtelijke verhoudingen. Hij stierf in 1924 aan de gevolgen van keelkanker.
Een van zijn mooiste aria’s is die van Liu uit ‘Turandot’ ?Signore Ascolta?, hier gezongen door Christina Gallardo Domas. Ik vond als altijd meer versies op You tube, maar deze komt qua enscenering het dichtste bij wat Puccini (denk ik) bedoeld heeft. Liu?s liefde is enorm: ze laat haar geliefde gaan en liever dan zijn naam te verraden aan de prinses, verdraagt ze marteling en sterft ze door eigen hand.
Het venijn van deze korte aria zit ?m duidelijk in die hoge laatste noot. Die moet piano zijn, maar precies luid genoeg om door het orkest heen te prikken. Luister ook naar de ‘aziatisch’ aandoende wendingen in de akkoorden (die zitten trouwens door heel Turandot, prachtig!).
Er is ook een mooie versie van de aria door Leona Mitchell. Als u die vindt krijgt u er het einde van de eerste acte bij, met een prachtig zingende Placido Domingo.